Wat is laaggeletterdheid?

In Nederland hebben 2.5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder moeite met lezen, schrijven en/of rekenen. Vaak hebben zij ook moeite met digitale vaardigheden. Dé laaggeletterde bestaat niet. De doelgroep is divers en varieert enorm, ook als het gaat om de problemen die zij ervaren als gevolg van hun beperkte basisvaardigheden.

Onze samenleving wordt sterker als iedereen goed mee kan doen. De basisvaardigheden en digitale vaardigheden zijn hierbij essentieel. Laaggeletterdheid is daarom een thema dat aandacht vraagt van de overheid en in de maatschappij. Lees hier wat laaggeletterdheid is en wat het betekent om laaggeletterd te zijn.

Kernbegrippen

Basisvaardigheden zijn de vaardigheden die volwassenen nodig hebben om zelfstandig te functioneren en zelfredzaam te zijn in de maatschappij. Bij basisvaardigheden gaat het om:

  1. Lezen, schrijven en rekenen (geletterdheid)
  2. Digitale vaardigheden
  3. Gezondheidsvaardigheden
  4. Financiële vaardigheden
  5. Sociaal juridische vaardigheden

Geletterdheid (1) is een belangrijke voorwaarde voor de andere vier vaardigheden. Mensen met beperkte digitale vaardigheden, gezondheidsvaardigheden, financiële, of sociaal juridische vaardigheden zijn niet altijd ook laaggeletterd.

Laaggeletterdheid is een term voor mensen die grote moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen. In Nederland gaat het om 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder. Meer dan de helft van deze groep heeft geen migratie-achtergrond.

Mensen die laaggeletterd zijn, zijn geen analfabeten. Ze kunnen wel lezen en schrijven, maar beheersen niet het eindniveau vmbo of niveau mbo-2/3 (in volwasseneducatie niveau 2F), waar elke Nederlander minimaal aan zou moeten voldoen om goed te functioneren in de maatschappij (Bron: Stichting Lezen en Schrijven, Feiten & Cijfers Laaggeletterdheid).

Laaggeletterdheid kost de Nederlandse samenleving ruim 1,13 miljard euro per jaar. Laaggeletterden zijn vaker werkloos, en als ze wel een baan hebben, hebben zij gemiddeld lagere salarissen. Daarnaast zijn de kosten voor de gezondheidszorg bij laaggeletterden hoger. Zij hebben vaker een ongezonde levensstijl en chronische ziekten, en hebben een grotere kans op het verkeerd gebruik van medicatie. Lees meer over de maatschappelijke kosten van laaggeletterdheid in dit rapport.

De doelgroep laaggeletterden is divers. In de eerste plaats is er een verschil tussen mensen voor wie Nederlands de moedertaal is (Nederlands als eerste taal, NT1) en voor wie Nederlands de tweede taal is (Nederlands als tweede taal, NT2). Deze twee groepen hebben andere onderwijsbehoeften. Daarnaast is een groep te onderscheiden binnen de NT2-doelgroep. Deze mensen wonen al lang in Nederland, maar zijn toch beperkt vaardig in het Nederlands. Soms wordt deze groep ‘NT1,5’ genoemd.

Lost Lemon deed onderzoek naar verschillende doelgroepen laaggeletterden en ontwikkelde vijf persona’s voor zowel de NT1– als de NT2-doelgroep. Per persona zijn werfplaatsen en -strategieën in kaart gebracht.

KLASSE! is een andere methode om meer zicht te krijgen op de (NT1-)doelgroep laaggeletterden. Bij KLASSE! zijn er vier doelgroepen met eigen profielkenmerken. Per doelgroep is een wervingsstrategie beschreven aan de hand van vindplaatsen, leerwensen en mogelijke toeleiders. Voor elke doelgroep ontwerpt KLASSE! gerichte cursussen die passen bij de leerwensen van de doelgroep, zoals een cursus WhatsApp gebruiken of verkopen op marktplaats. Deze cursussen zijn een soort ‘opstapje’ naar een training basisvaardigheden. Download hier meer informatie.

Hoe KLASSE! en de profielen van Lost Lemon elkaar aanvullen, kun je hier lezen.

Wanneer is iemand laaggeletterd? Hiervoor zijn de standaarden en eindtermen voor NT1-volwasseneducatie ontwikkeld. Er wordt in de volwasseneducatie gewerkt met drie niveaus: een instroomniveau (op weg naar 1F), niveau 1F en niveau 2F.

Niveau 2F is het algemeen maatschappelijk functioneel niveau waaraan elke Nederlander aan zou moeten voldoen. Mensen onder dit niveau worden beschouwd als laaggeletterd. In dit document is per niveau beschreven welke vaardigheden iemand beheerst.

Voor de NT2-doelgroep worden andere eindtermen gebruikt. Hiervoor wordt gebruikt gemaakt van het Europees Referentiekader. Meer informatie vind je hier.

Stichting Lezen en Schrijven heeft drie soorten screeningsinstrumenten laten ontwikkelen die meten of iemand mogelijk moeite heeft met basisvaardigheden (taal, rekenen of digitale vaardigheden): basismeters (digitaal), taalverkenners (op papier) en contextgerichte vragen (mondeling). Je kunt hier een boekje over het screenen op basisvaardigheden downloaden. Op de website van basismeters is bovendien een demo beschikbaar van de Taalmeter 1F, en een e-learning ‘De Taalmeter in de praktijk’.

Wil je in je organisatie aan de slag met een aanpak laaggeletterdheid waarbij je ook ervaringsdeskundigen laaggeletterdheid inzet? Je hebt hierbij verschillende mensen nodig, zoals een beleidsmedewerker, coördinator, communicatiemedewerkers en natuurlijk ervaringsdeskundigen laaggeletterdheid in verschillende rollen.

Meer lezen over de verschillende taken en rollen? Kijk op Wie doet wat?

Video’s

Laaggeletterdheid heeft een grote impact op de levens van mensen. Kijk de video’s over wat het betekent om laaggeletterd te zijn.

Het leven van Lisa

Drieluik laaggeletterdheid

Ex-laaggeletterden vertellen hun verhaal

Praktijkvoorbeeld

Kennisbank

No posts

Neem contact op

Wil jij meer weten over ABC Beleidshulp? Neem dan contact op met stichting ABC.